U hebt een project geopend.
- Het project bevat minimaal een layoutruimte. De layoutruimte bevat geplaatste artikelen (3D). U hebt de layoutruimte-navigator geopend. Selecteer een artikelplaatsing in de navigator. Kies de snelmenuopdracht Eigenschappen. Kies in het dialoogvenster Eigenschappen <...> het tabblad Formaat.
- U hebt een onderdeel in het 3D-weergavebereik geselecteerd. Bewerken > Eigenschappen. Kies in het dialoogvenster Eigenschappen <...> het tabblad Formaat.
Op dit tabblad bewerkt u de weergave-eigenschappen voor de grafische weergave van 3D-componenten zoals schakelkasten, montageplaten, montagerails etc.
Overzicht van de belangrijkste dialoogvensterelementen:
Eigenschap / Toewijzing:
In de tabel is het hiërarchieniveau Formaat beschikbaar. U opent dit door te klikken op het -teken.
Selecteer een transparantiegraad in de vervolgkeuzelijst of geef handmatig een waarde op. Een waarde van 100% betekent dat componenten volledig doorzichtig zijn.
Opmerkingen:
- De kleur van een 3D-object kan dan niet worden gewijzigd indien vlakken of objecten reeds een kleur hebben. De kleur van een afzonderlijk vlak kan niet worden gewijzigd als er een dergelijke layer voor het gehele object bestaat. Dit is bijvoorbeeld het geval bij 3D-schakelkasten.
- Een gekleurd vlak of object ontstaat als er een STEP-bestand wordt geïmporteerd waarin kleuren zijn gedefinieerd. Als er geen gekleurde vlakken of objecten zijn gedefinieerd, kunnen ze met deze optie worden ingesteld.
- Deze beperkingen gelden ook voor de functies Bewerken > Formaat kopiëren en Bewerken > Formaat toewijzen bij het gebruik van 3D-objecten.
Zie ook
Dialoogvenster Instellingen: 3D (gebruiker, grafische bewerking)