U hebt een pagina, een formulier, een plotkader of een symbool geopend. U hebt een cirkel, een boog of een sector geselecteerd en de menuopdrachten Bewerken > Eigenschappen gekozen. Of u hebt op een cirkel, boog of sector gedubbelklikt. Open in de tabel van het dialoogvenster Eigenschappen (boog / sector / cirkel) het hiërarchieniveau Boog / sector / cirkel.
Onder dit hiërarchieniveau bewerkt u de speciale instellingen van cirkels, cirkelbogen en cirkelsectoren.
Het dialoogvenster bevat de volgende opties:
In de velden onder dit hiërarchieniveau worden de coördinaten van het cirkelmiddelpunt weergegeven; deze kunnen worden gewijzigd.
Dit selectievakje is ingeschakeld als u een sector hebt getekend. Schakel deze optie naderhand in om een boog of sector te wijzigen, of schakel deze uit om een sector in een boog te veranderen.
Hier wordt de hoek weergegeven die het startpunt van de boog of sector ten opzichte van de X-as heeft; deze kan worden gewijzigd.
Hier wordt de hoek weergegeven die het eindpunt van de boog of sector ten opzichte van de X-as heeft; deze kan worden gewijzigd.
Hier wordt de cirkelradius weergegeven; deze kan worden gewijzigd.
Zie ook