U hebt een dialoogvenster geopend waarin u aan een object (zoals een project, een pagina, een formulier etc.) eigenschappen via een tabel kunt toekennen. Kies de snelmenuopdracht Configureren.
In dit dialoogvenster selecteert u de eigenschappen en de volgorde daarvan die standaard bij elk object van de betreffende functiecategorie in de tabel moeten worden weergegeven.
Overzicht van de belangrijkste dialoogvensterelementen:
Opmerking:
De velden Schema en Beschrijving zijn alleen voor gebruikergedefinieerde eigenschapsconfiguraties beschikbaar.
Selecteer in de vervolgkeuzelijst het schema dat u wilt gebruiken of bewerken. Gebruik hiervoor ook de ernaast gelegen werkbalk.
De lijst bevat de actueel geselecteerde eigenschappen. Met (Nieuw) kunt u andere eigenschappen selecteren en in de lijst overnemen. Met de pijlknoppen kunt u de volgorde van de eigenschappen wijzigen.
Zie ook