EPLAN News 2.7

Beveiligde groepen en andere nieuwe instellingen voor het macrovak

Beveiligde groep bij het invoegen genereren

Venster- en symboolmacro's kunnen bij het invoegen nu als zogeheten "beveiligde groep" worden gegenereerd. Een dergelijke groepering biedt een grafische beveiliging, d.w.z. dat de eigenschappen van de macrocomponenten kunnen worden bewerkt maar dat de macro zelf niet grafisch wordt gewijzigd of wordt uitgesplitst.

Voordeel:

Beveiligde groepen maken het mogelijk om gestandaardiseerde macro's grafisch onveranderlijk in het schema in te voegen. Dat is bijvoorbeeld handig wanneer u apparaten of van te voren gemaakte schemagedeelten gestandaardiseerd in het schema wilt gebruiken en u wilt voorkomen dat er afwijkingen van de standaard worden aangebracht.

Om een dergelijk gedrag te definiëren, is bij het macrovak op het nieuwe tabblad Instellingen het selectievakje Bij het invoegen beveiligde groep genereren beschikbaar. Deze instelling kan alleen in macroprojecten worden gekozen als voor het macrovak het toepassingstype "Definiërend" of "Niet gedefinieerd" is ingesteld. Anders wordt dit selectievakje grijs weergegeven. (Dit geldt ook voor de andere instellingen op dit tabblad, tot aan die voor de handle.)

Beveiligde groepen verwijderen

Wanneer deze groepering voor de ingevoegde macro's in het project moet worden verwijderd, kunt u de functie voor het comprimeren van projecten gebruiken. Schakel daartoe in het dialoogvenster Instellingen: Compressie van het hiërarchieniveau Projectgegevens verwijderen het nieuwe selectievakje Beveiligde groepen verwijderen in. Hierdoor wordt de groepering verwijderd, maar blijven de ingevoegde macro's en hun componenten behouden.

In het kader van deze uitbreiding is de in dit dialoogvenster reeds bestaande instelling Groepen verwijderen hernoemd:

Oude naam

Nieuwe naam

Groepen verwijderen

Elementgroepen verwijderen

Opmerking:

In tegenstelling tot de element- en apparaatgroepen kan voor de beveiligde groepen de groepering niet worden opgeheven door de optie Groepering gebruiken te deactiveren of kan de groepering niet met de knop [Shift] tijdelijk worden uitgeschakeld.

Invoegen van macrovakken afzonderlijk definiëren

U kunt nu voor elke macro afzonderlijk definiëren of bij het invoegen van de gegenereerde macro het macrovak al dan niet moet worden ingevoegd. Hiertoe is in het instellingendialoogvenster van de macrovakken op het nieuwe tabblad Instellingen de vervolgkeuzelijst Macrovak ook invoegen beschikbaar. Met behulp van deze lijst definieert u het gewenste gedrag. De instelling wordt ook gebruikt bij het invoegen van een apparaat, wanneer voor dit apparaat een macro is opgeslagen.

Voordeel:

Met de nieuwe instelling Macrovak ook invoegen bij de macrovakken zelf kan beter wordt gestuurd welke macrovakken bij het invoegen van macro's moeten worden ingevoegd en welke niet.

Als in dit veld de invoer "Uit projectinstellingen" is geselecteerd, wordt de projectoverkoepelende instelling Macrovakken ook invoegen gebruikt.

In het kader van deze uitbreiding is op het tabblad Macrovak de overbodig geworden instelling Macrovakken bij het invoegen op de montageplaat niet gebruiken verwijderd. Bij het openen van oude macroprojecten wordt deze instelling automatisch overgedragen. Hierdoor krijgen de voorbereide macro's waarbij deze instelling was geactiveerd en die het weergavetype "Schakelkastopbouw" hebben, voor de vervolgkeuzelijst Macrovak ook invoegen automatisch de invoer "Nee".

Bij de apparaattoekenning en bij het actualiseren van macro's rekening houden met de aansluitcodes

Om bij het toewijzen van functies of bij het plaatsen van complexe apparaten de passende functies te kunnen toewijzen of vanuit de opgeslagen macro te kunnen toekennen, kunt u met behulp van de gebruikersinstelling Bij de apparaattoekenning rekening houden met de aansluitcodes definiëren dat behalve de functiedefinities van de functies ook de aansluitcodes identiek moeten zijn. In het verleden leidde dit ertoe dat bijvoorbeeld bij het plaatsen van apparaten afhankelijk van de opgeslagen macro een andere instelling moest worden aangebracht.

In de nieuwe versie kunt u nu voor elke macro individueel definiëren of er met de aansluitcodes rekening moet worden gehouden. Hiertoe is er bij het macrovak op het nieuwe tabblad Instellingen de vervolgkeuzelijst Aansluitcodes gebruiken. Met behulp van deze lijst definieert u het gewenste gedrag.

Voordeel:

Met behulp van de nieuwe instelling Aansluitcodes gebruiken bij het macrovak kunt u de macro's individueel overeenkomstig de eisen in het apparaatconcept voorbereiden.

Deze instelling wordt ook bij het actualiseren van macro's gebruikt. Als hier de waarde "Ja" is ingesteld, dan worden bij het actualiseren de aansluitcodes uit de macrobestanden aan de ingevoegde macro's in het schema overgedragen. Als de waarde "Nee" is ingesteld, blijven bij het actualiseren de aansluitcodes van de macro's in het schema behouden.

Als in dit veld de invoer "Uit gebruikersinstellingen" is geselecteerd, wordt de gebruikerspecifieke instelling Bij de apparaattoekenning rekening houden met de aansluitcodes gebruikt. Bij een activering worden de aansluitcodes eveneens uit de macrobestanden overgedragen.

Verplaatste instellingen voor de handle

In het kader van deze uitbreidingen zijn de instellingen voor de handle van het tabblad Macrovak naar het nieuwe tabblad Instellingen verplaatst.