Deze functionaliteit is alleen in bepaalde modulepakketten beschikbaar. Info / Copyright

Beveiligde segmenten

Segmenten kunnen net als functies worden beveiligd, zodat ze niet kunnen worden gewijzigd of verwijderd. Dit kan via de zogeheten apparaatbeveiliging en / of wijzigingsbeveiliging.

Apparaatbeveiliging voor segmenten

Om de bij een segment voorgedefinieerde apparaatgegevens te beveiligen, kunt u via het dialoogvenster Beveiliging configureren aan het segment de eigenschap Apparaatbeveiliging toewijzen. Hierdoor zijn alle eigenschappen beveiligd die via het artikel (en via de bij het artikel opgeslagen functiesjablonen) zijn toegewezen. De overige segmenteigenschappen kunnen echter nog wel worden gewijzigd.

Via de projectinstelling Apparaatbeveiliging bij het genereren van functies kunnen functies die met een planningsobject zijn gekoppeld automatisch van een apparaatbeveiliging worden voorzien.

De apparaatbeveiliging heeft voor segmenten de volgende uitwerkingen:

Wijzigingsbeveiliging voor segmenten

Via de wijzigingsbeveiliging kunnen segmenten tegen wijziging worden beveiligd. Bij sommige functies in het EPLAN platform wordt de wijzigingsbeveiliging automatisch door het programma aangebracht (bijvoorbeeld bij het veilig opslaan van een deelproject). Met behulp van het dialoogvenster Beveiliging configureren kunt u ook gericht een of meerdere pagina's, functies of segmenten handmatig van een wijzigingsbeveiliging voorzien.

Via de projectinstelling Wijzigingsbeveiliging bij het genereren van pagina's kunnen schemapagina's die vanuit de bij de planningsobjecten opgeslagen macro's worden gegenereerd, automatisch van een wijzigingsbeveiliging worden voorzien.

De wijzigingsbeveiliging heeft voor segmenten de volgende uitwerkingen:

Zie ook