Verschillen tussen twee projecten worden vastgesteld als bepaalde eigenschappen met elkaar worden vergeleken. In het dialoogvenster Eigenschappen van projecten vergelijken definieert u welke projecten met elkaar moeten worden vergeleken. Welke eigenschappen moeten worden vergeleken, definieert u in het dialoogvenster Instellingen: Eigenschappenvergelijking van projecten. Als de waarde van de eigenschappen voor twee projecten identiek is, wordt er geen verschil vastgesteld.

Het resultaat van de vergelijking wordt naar een revisieresultatenlijst geschreven. Deze lijst wordt in de projectdatabank van het actuele project opgeslagen.

Voorwaarden:

• U hebt een project geopend en de projectdirectory bevat een referentieproject (of een willekeurig project dat met het actuele project moet worden vergeleken).
• U hebt het maximum aantal meldingen gedefinieerd die in het dialoogvenster Resultaten van de eigenschappenvergelijking - <Projectnaam> worden weergegeven (in het dialoogvenster Instellingen: Revisie (eigenschappenvergelijking van projecten) in het veld Maximum aantal weergegeven resultaten).

1. Selecteer het gewenste project in de pagina-navigator en kies de menuopdrachten Hulpprogramma's > Revisiebeheer > Eigenschappenvergelijking van projecten > Projecten vergelijken.
2. In het dialoogvenster Eigenschappen van projecten vergelijken schakelt u het selectievakje Alleen bijbehorende referentieprojecten weergeven in.
   
   In de lijst worden dan alleen de tegen schrijven beveiligde referentieprojecten van het geselecteerde project weergegeven. Anders worden in de lijst alle bestaande projecten (met uitzondering van het geselecteerde project) in de projectdirectory weergegeven.
   

Opmerking:

Wanneer u de schrijfbeveiliging van een bijbehorend referentieproject opheft, wordt het project niet meer als "bijbehorend referentieproject" maar in de lijst met alle projecten aangegeven.

3. Geef in de lijst Vergelijken met aan met welk referentieproject u het huidige geopende project wilt vergelijken.
4. In het veld Instellingen voor eigenschappenvergelijking selecteert u het schema waarin de instellingen voor de vergelijking worden gedefinieerd. (Als u nog geen eigen schema's hebt gemaakt, wordt hier alleen het standaardschema aangeboden. Maak in dat geval een eigen schema, waarin u de vergelijkingsinstellingen definieert.)
5. In het veld Revisiemarkeringstekst voert u een tekst in waarmee de revisiewijzigingen in de eigenschappen moeten worden aangeduid.
6. Schakel het selectievakje De revisiemarkering voor verwijderde objecten in het referentieproject terugschrijven in, wanneer u verwijderde objecten in het referentieproject wilt coderen. Het referentieproject mag dan echter niet tegen schrijven beveiligd zijn.
7. Schakel het selectievakje Alternatieve identificatie in, wanneer objecten niet aan de hand van hun interne object-ID moeten worden geïdentificeerd, maar aan de hand van zogeheten kandidaatsleutels (bepaalde identificerende eigenschappen). Dit is zinvol bij automatisch gegenereerde projecten, omdat de interne object-ID's bij elke generering opnieuw worden toegekend.
8. Klik op [OK].
   
   De vergelijkingsprocedure wordt uitgevoerd en het resultaat van de vergelijking wordt naar de revisieresultatenlijst geschreven.
   
   Het dialoogvenster Resultaten van de eigenschappenvergelijking - <Projectnaam> wordt geopend, waarin een overzicht van de resultaten wordt weergegeven.
   
   De wijzigingen worden in het project aangegeven.

Zie ook

Referentieprojecten genereren

Vergelijkingsinstellingen definiëren

Alternatieve identificatie