P004107: Adresbereik van de PLC-kaart '<x>' overlapt het adresbereik van de PLC-kaart '<y>'

De adresbereiken van twee PLC-kasten zijn zo gedefinieerd dat de adresbereiken elkaar overlappen.

Bepaal de locatie van de PLC-kasten van de PLC-kaarten in het schema met behulp van het snelmenu van het dialoogvenster Meldingenbeheer. Spring met de functie Ga naar (tekening) naar de PLC-kaart '<x>' en met de functie Ga naar tweede coördinaat naar de PLC-kaart '<y>'.
Open het eigenschappendialoogvenster van beide PLC-kasten en klik op het eerste tabblad.
Pas in de eigenschappenlijst de waarden in de velden Startadres van de PLC-kaart en PLC-apparaat: gegevenslengte (...) zo aan dat de adresbereiken van beide PLC-kaarten elkaar niet overlappen.
Bevestig uw invoer.
Start vervolgens een nieuwe controleprocedure.

Opmerkingen:

Deze controleprocedure controleert of de adresbereiken van PLC-kaarten elkaar overlappen.

Daarbij wordt rekening gehouden met de volgende informatie:

De PLC-specifieke instelling Gescheiden adressenbereik voor in- en uitgangen.
De verbondenheid van de PLC-kaart bij "uw" CPU. Hiertoe wordt alleen de eigenschap CPU-naam [1] in acht genomen, d.w.z. een PLC-kaart kan slechts bij één CPU horen.

Bij zowel de PLC-kaart als de bijbehorende PLC-subapparaten wordt gecontroleerd of de adresbereiken elkaar overlappen.

Om de controleprocedure te kunnen uitvoeren, moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan:

Er bestaat een bijbehorende PLC-kast met de eigenschappen Startadres van de PLC-kaart en PLC-apparaat: gegevenslengte. De betreffende velden moeten met een waarde gevuld zijn.
De eigenschap CPU-naam [1] mag niet leeg zijn. Deze invoer bepaalt het te gebruiken adresseringsschema.
In het bij het CPU behorende adresseringsschema in de PLC-specifieke instellingen moet een teller met de configuratiewaarde "Startadres van de PLC-kaart" gedefinieerd zijn.

Verder geldt voor de controleprocedure het volgende:

Zonder opgave van een adresseringsschema kan het adresbereik (tot = "Startadres + gegevenslengte") niet worden berekend.
De gegevenslengte wordt onafhankelijk van het gebruikte adresseringsschema als decimaalwaarde in bit aangegeven.
De gegevenslengte kan in het artikelbeheer worden opgeslagen en wordt vandaar overgenomen.