Project > Afdrukken.
In dit dialoogvenster selecteert u de printer en geeft u de pagina's op die moeten worden afgedrukt.
Het dialoogvenster bevat de volgende opties:
In de vervolgkeuzelijst Naam worden alle printers weergegeven die voor uw computer zijn geïnstalleerd. Selecteer de gewenste printer. In de velden Status, Type, Locatie en Opmerking wordt de informatie weergegeven die voor deze printer in de Windows-printerinstellingen is opgeslagen.
Met deze knop opent u het Windows-dialoogvenster voor de printerinstellingen, waarin u de printerspecifieke instellingen kunt definiëren. Raadpleeg de Help bij de betreffende printer voor meer informatie.
Schakel dit selectievakje in als u de geselecteerde pagina's naar een bestand wilt uitvoeren. Er wordt dan een *.PRN-bestand gegenereerd, dat u op een later tijdstip kunt afdrukken of kunt gebruiken voor het maken van een PDF-bestand.
In dit groepsveld definieert u welke pagina's u wilt afdrukken. Als u het dialoogvenster Afdrukken vanuit de grafische editor hebt opgeroepen, kunt u ofwel de pagina afdrukken die momenteel op de voorgrond staat, ofwel alle projectpagina's. Als u vanuit de pagina-navigator afdrukt, kunt u ofwel de geselecteerde pagina's, ofwel alle projectpagina's afdrukken.
- Huidige pagina: de pagina die in de grafische editor op de voorgrond staat, wordt afgedrukt.
- Markering: de pagina's die in de pagina-navigator zijn gemarkeerd, worden afgedrukt. Als in de pagina-navigator het project is gemarkeerd en tegelijkertijd een paginafilter is ingesteld, worden alleen de gefilterde projectpagina's afgedrukt.
- Gehele project: alle projectpagina's worden afgedrukt. Als er een paginafilter is ingesteld, worden ook de gefilterde pagina's afgedrukt.
Exemplaren:
In dit groepsveld geeft u het aantal afdrukken op, en hoe deze moeten worden gesorteerd.
- Aantal: hier geeft u op hoeveel exemplaren van de geselecteerde pagina's worden afgedrukt.
- Sorteren: dit selectievakje kan alleen worden ingeschakeld als u meerdere exemplaren afdrukt. Als het selectievakje is ingeschakeld, worden de sets met geselecteerde pagina's na elkaar afgedrukt. Als dit selectievakje is uitgeschakeld, worden alle gelijknamige pagina's na elkaar afgedrukt. De wijze waarop wordt gesorteerd, wordt aangegeven door een kleine afbeelding in het dialoogvenster.
- Omgekeerde afdrukvolgorde: als dit selectievakje is ingeschakeld, worden de pagina's in omgekeerde volgorde afgedrukt. Als het selectievakje is uitgeschakeld, worden de pagina's afgedrukt in de volgorde zoals ze in het project voorkomen. De wijze waarop wordt gesorteerd, wordt aangegeven door een kleine afbeelding in het dialoogvenster.
Als u dit selectievakje inschakelt, worden alle pagina's afgedrukt die sinds de laatste keer dat ze werden afgedrukt zijn "gewijzigd". Dit zijn dus alle pagina's waarvoor de eigenschap "Wijzigingsdatum (automatisch)" actueler is dan de laatste afdrukdatum.
Met deze knop opent u het dialoogvenster Instellingen: Afdrukken. In dit dialoogvenster definieert u de schaal, de afdrukmarges, de afdrukpositie en de instelling voor kleur- of zwart-wit-afdrukken.
Met deze knop opent u het dialoogvenster Afdrukvoorbeeld.
Zie ook