U hebt een project geopend.
- Hulpprogramma's > Stamgegevens > Symboolbibliotheek > Openen. In het dialoogvenster Symboolbibliotheek openen selecteert u een symboolbibliotheek en klikt u op [Openen].
- U hebt minimaal één symboolbibliotheek geopend. Hulpprogramma's > Stamgegevens > Symbool > Openen.
- U hebt een pagina in de grafische editor geopend. Invoegen > Symbool.
- U hebt een symbool ingevoegd (Invoegen > Symbool) of op een symbool gedubbelklikt (of de snelmenuopdracht Eigenschappen gekozen. In dit geval kunnen ook meerdere symbolen zijn geselecteerd). Kies in het dialoogvenster Eigenschappen <...> het tabblad Symbool- / functiegegevens en klik in het veld Nummer / naam op [...].
In dit dialoogvenster selecteert u een symbool om te bewerken.
- In de symbooleditor (Hulpprogramma's > Stamgegevens > ...) is het mogelijk meerdere symbolen te selecteren.
- In de grafische editor (bij het bewerken van schema's) kan slechts één symbool worden geselecteerd.
Overzicht van de belangrijkste dialoogvensterelementen:
In deze vervolgkeuzelijst worden alle beschikbare filters weergegeven. Een geselecteerd filter is automatisch geactiveerd en wordt zowel voor de boomweergave als voor de lijstweergave gebruikt. De invoer "- Niet geactiveerd -" schakelt het filter uit zodat de gegevens ongefilterd worden weergegeven. Met [...] opent u het dialoogvenster Filter. Hier kunt u filters maken, bewerken, verwijderen, kopiëren, exporteren, importeren en beheren.
Het snelmenu van de vervolgkeuzelijst Filter bevat de volgende invoeren:
- Uitschakelen: deze snelmenuopdracht is beschikbaar wanneer er een filter is ingesteld: zet de filterinstelling op de invoer "- Niet geactiveerd -" terug.
- <Filternaam> inschakelen: deze snelmenuopdracht is beschikbaar wanneer de filterinstelling op "- Niet geactiveerd -" is ingesteld: schakelt het laatst actieve filter opnieuw in.
Op deze manier kunt u snel tussen de ongefilterde en een door u gewenste gefilterde weergave schakelen.
De boomweergave toont een lijst van de symbolen in een hiërarchische structuur.
Zodra u in de boomstructuur of in het voorbeeld van het symboolselectievenster een symbool selecteert, wordt in het infobereik onder de boomweergave en in de statusbalk de bijbehorende informatie weergegeven (bijvoorbeeld de bijbehorende symboolbeschrijving).
Menuopdracht |
Betekenis |
---|---|
Bibliotheekgericht |
Toont in het bovenste knooppunt van de boom de symboolbibliotheken. Daaronder bevinden zich de functiedefinities. |
Functiegericht |
Toont in het bovenste knooppunt van de boom de functionele categorie (bijvoorbeeld "spoelen en contacten", "meldsystemen" etc.). |
Instellingen |
Opent het dialoogvenster Instellingen: Symboolbibliotheken. Hier selecteert u de symboolbibliotheken die moeten worden weergegeven, door de betreffende selectievakjes in- of uit te schakelen. Ook kunt u hier nieuwe symboolbibliotheken selecteren die moeten worden opgeslagen (klik op [...] in het veld Symboolbibliotheken) of symboolbibliotheken die u niet meer nodig hebt, verwijderen. Bovendien kunt u hier het voorteken voor de symboolbibliotheken opgeven. (Dit dialoogvenster kan ook worden geopend via de menuopdrachten Opties > Instellingen > Projecten > "Projectnaam" > Beheer > Symboolbibliotheken.) |
De lijstweergave toont de symbolen onder elkaar in kolommen, waarbij de volgorde van de rijen en het aantal getoonde kolommen afzonderlijk kunnen worden ingesteld. Daarbij kunt u binnen iedere weergegeven kolom naar believen op- of aflopend sorteren door een keer op de kolomkoptekst te klikken. De richting wordt vervolgens in de kolomkoptekst aangeduid met een grafisch symbool.
Voer in dit veld een tekenreeks in. Nadat het eerste teken is ingevoerd, springt de cursor direct naar het eerste symbool dat met dit teken begint en wordt dit symbool geselecteerd. Daarbij wordt altijd in de eerste kolom van de lijst gezocht. Is de eerste kolom van de lijst de symboolnaam, dan wordt in de symboolnaam gezocht. Is de eerste kolom van de lijst het symboolnummer, dan wordt in het symboolnummer gezocht etc. (De betreffende instelling wordt gemaakt via de snelmenuopdracht Weergave configureren.)
Snelmenu:
Het snelmenu bevat - afhankelijk van het veldtype (datum, integer, meertalig...) - de volgende menuopdrachten:
Daarnaast zijn de volgende dialoogvensterspecifieke snelmenuopdrachten beschikbaar:
Menuopdracht |
Betekenis |
---|---|
Naam met voorteken |
Met deze optie wordt de kolom Naam met voorteken automatisch op de eerste positie van de lijstweergave weergegeven; hier wordt de onder Voorteken (menuopdrachten Opties > Instellingen > Projecten > "Projectnaam" > Beheer > Symboolbibliotheken) gedefinieerde kenletter van de symboolbibliotheek samen met de symboolnaam aangegeven (bijvoorbeeld. I:SL voor een maak-vermogenscontact van de symboolbibliotheek IEC_Symbol<X, waarvan het voorteken in dit geval I is). Dit voorteken dient voor het onderscheiden van de symboolbibliotheken waarbij EPLAN automatisch de eerste letter van de symboolbibliotheek voorstelt. Het voorteken kan ook dubbel worden toegewezen. Daarmee is het vervolgens ook mogelijk meerdere symboolbibliotheken in de lijstweergave te combineren. |
Instellingen |
Opent het dialoogvenster Instellingen: Symboolbibliotheken. Hier selecteert u de symboolbibliotheken die moeten worden weergegeven, door de betreffende selectievakjes in- of uit te schakelen. Ook kunt u hier nieuwe symboolbibliotheken selecteren die moeten worden opgeslagen (klik op [...] in het veld Symboolbibliotheken) of symboolbibliotheken die u niet meer nodig hebt, verwijderen. Bovendien kunt u hier het voorteken voor de symboolbibliotheken opgeven. (Dit dialoogvenster kan ook worden geopend via de menuopdrachten Opties > Instellingen > Projecten > "Projectnaam" > Beheer > Symboolbibliotheken.) |
Hier wordt, onafhankelijk van de boom- of lijstweergave, het geselecteerde symbool weergegeven. Is slechts één symbool geselecteerd, dan worden alle beschikbare varianten weergegeven. Zijn meerdere symbolen geselecteerd (bijvoorbeeld een hiërarchieniveau in de boom), dan worden deze in het voorbeeld allemaal weergegeven, maar dan zonder beschikbare varianten.
Opmerking:
Wanneer u het grafisch voorbeeld hebt ingeschakeld (Beeld > Grafisch voorbeeld), wordt daar het geselecteerde symbool vergroot weergegeven. Het maakt daarbij niet uit of het symbool in de lijstweergave, in de boomweergave of in het voorbeeld van de symboolselectie is geselecteerd.
Deze vervolgkeuzelijst is alleen beschikbaar als er meerdere symbolen zijn geselecteerd. Selecteer hier welke variant in het voorbeeld moet worden weergegeven. Als er slechts één symbool is geselecteerd, worden alle varianten van dit symbool in het voorbeeld weergegeven en wordt de vervolgkeuzelijst grijs weergegeven.
Via de invoer "Standaardvariant" selecteert u de variant die in de projectinstellingen bij de symboolbibliotheken of in de symbooleigenschappen als standaardvariant is gedefinieerd.
De volgende instelmogelijkheden zijn alleen beschikbaar als u het dialoogvenster Symboolselectie vanaf het tabblad Symbool- / functiegegevens hebt opgeroepen.
Alleen symbolen weergeven die bij weergavetype passen:
Is dit selectievakje ingeschakeld, dan worden alleen symbolen weergegeven die bij het weergavetype van de actuele functie passen.
Alleen symbolen met dezelfde functiecategorie weergeven:
Is dit selectievakje ingeschakeld, dan worden alleen symbolen met dezelfde functiecategorie weergegeven.
Als dit selectievakje is ingeschakeld, worden alleen symbolen aangeboden die niet meer aansluitingen hebben dan de actuele functiedefinitie. Er wordt dan alleen het symbool verwisseld; de functiedefinities blijven behouden.
Zie ook