Voor het backuppen en terugzetten moet het betreffende project worden vergrendeld. Daarom zijn backups niet geschikt voor multi-user-gebruik. Alle gebruikers moeten het project afsluiten. Geopende vensters zoals de grafische editor of de navigators van het project dat wordt gebackupt, worden door het programma gesloten. Het projectbeheer en de pagina-navigator kan geopend blijven. Stamgegevens worden eveneens vergrendeld en kunnen alleen worden gebackupt als ze niet worden bewerkt.

Er kunnen meerdere projecten tegelijkertijd worden gebackupt.

De UNC-naamgevingsconventies worden in EPLAN volledig ondersteund. Daarbij gaat het om de naamgevingsconventie voor de aanduiding van het bestandspad: de namen van de server en de directory's worden in het bestandspad meegenomen, "aliassen" (d.w.z. afkortingen) worden niet gebruikt. Een bestandspad heeft bijvoorbeeld de volgende vorm: \\\Servernaam\Vrijgavenaam\Directory\Subdirectory\Bestandsnaam.abc

De gegevens die worden gebackupt, worden altijd ingepakt (met het programma 7-Zip). Bij het inpakken blijven alle projectgegevens behouden. (Bij het comprimeren van een project kunt u echter niet-gebruikte gegevens uit het project verwijderen.) De bestanden hebben de volgende extensies:

• Projecten: *.zw1
• Basisprojecten met stamgegevens: *.zx1
• Symboolbibliotheken: *.zw2
• Plotkaders: *.zw3
• Formulieren: *.zw4
• Macro's: *.zw5
• Artikelgegevens: *.zw6
• Woordenboeken: *.zw7
• Gebruiker-, stationsgegevens: *.zw8
• Contouren: *.zwa.

Een backup kan worden geopend door op het bestand te dubbelklikken. EPLAN start dan automatisch in de modus Terugzetten.

Backup van stamgegevens

In EPLAN is het mogelijk om niet alleen volledige projecten, maar ook individuele stamgegevens uit de centrale stamgegevenspool te backuppen en weer terug te zetten. Daartoe behoren basisprojecten, symboolbibliotheken, plotkaders, contouren, formulieren, macro's, artikelgegevens, woordenboeken en projectonafhankelijke instellingen.

In tegenstelling tot projecten kunnen individuele stamgegevens niet veilig worden opgeslagen of worden gearchiveerd. Dat betekent dat er altijd een kopie van de stamgegevens wordt gemaakt en dat de oorspronkelijke stamgegevens op de harde schijf blijven staan en verder kunnen worden bewerkt. Alleen bij het veilig opslaan of het archiveren van volledige projecten worden ook de bijbehorende stamgegevens veilig opgeslagen en gearchiveerd.

Archivering van gegevens

Voor de archivering van projecten (voor de langere termijn) gebruikt u de archiveringsfunctie van EPLAN. Daarbij wordt een ZIP-bestand gemaakt.

Bovendien kunnen de volgende databankonafhankelijke formaten worden geëxporteerd:

• DXF / DWG
• Afbeeldingsbestand
• PDF.

Zo kunnen de gearchiveerde gegevens ook nog worden gebruikt als de software- en hardwareomgeving in de loop van de jaren verandert.

U kunt zowel het gehele project als individuele pagina's exporteren.

Opnieuw afdrukken van pagina's

Schema's worden gewoonlijk op papier aan de klanten geleverd. Omdat papier na verloop van tijd geel wordt, bestaat de mogelijkheid om de schema's later opnieuw af te drukken. Voor deze vorm van (lange termijn) archivering kunt u projectpagina's exporteren naar een gangbaar grafisch formaat zoals TIFF, JPEG, BMP, DXF.

Gegevensuitwisseling via diskette / cd / netwerk

Via de backup-functie is het ook mogelijk om gegevens uit te wisselen met toeleveranciers, klanten of met andere medewerkers. Alle gegevens die bij het project horen, zoals symboolbibliotheken, plotkaders, macro's etc. worden in het externe bestand opgenomen.

Bij het terugzetten van projecten of stamgegevens wordt gecontroleerd of deze reeds bestaan en of deze mogen worden overschreven.
Bij het terugzetten kan een willekeurig station en subdirectory als doel worden geselecteerd.

Externe documenten en gekoppelde gegevens

Externe documenten kunnen bij het backuppen en terugzetten selectief worden meegenomen. Daarbij worden alleen documenten gebackupt die in de projectdirectory (in de subdirectory \Documenten) zijn opgeslagen. Documenten in andere directory's worden niet met het project gebackupt. Bij het invoegen van externe documenten bepaalt u of deze naar de projectdirectory worden gekopieerd, of dat de oorspronkelijke opslaglocatie behouden blijft en alleen een verwijzing naar het bestand wordt ingevoegd. Zo kunt u aan de hand van de opslaglocatie bepalen of ook een bestand moet worden gebackupt. Hetzelfde geldt voor afbeeldingsbestanden en koppelingen via hyperlinks. Daarbij worden afbeeldingsbestanden in een aparte subdirectory \Afbeeldingen opgeslagen.

Bij het terugzetten worden de bestanden weer ingevoegd in de directory's waarin ze zich bevonden op het moment dat ze werden gebackupt. Voordat gegevens worden overschreven, verschijnt er een melding waarin wordt aangegeven welke gegevens actueler zijn.

Convertering van projecten met niet-ASCII-tekens in de stamgegevensnaam

Voor projecten uit oudere EPLAN-versies, waarbij de naam van opgeslagen stamgegevens (formulieren, plotkaders, artikelen) "niet-ASCII-tekens" bevat, is een correctiefunctie beschikbaar. Door middel van een convertering kunnen problemen worden verholpen die bij de overdracht van projecten tussen verschillende taalversies van een besturingssysteem zijn ontstaan.

Als een dergelijk project wordt teruggezet of geopend, verschijnt de vraag Zoekindex actualiseren. Als u op [Ja] klikt, wordt de zoekindex die nodig is voor de toegang tot stamgegevens geactualiseerd en worden de betreffende bestandsnamen correct in de projectbeheerdatabank geschreven. Vervolgens wordt het project geopend. Als u op [Nee] klikt, wordt het project gesloten.

Zie ook

Backup

Backup van projecten