Slepen & neerzetten (= Drag & Drop) is een methode om gegevens in computerprogramma's met een muis te verplaatsen.
Als u met de muis op een grafische afbeelding klikt van een object dat u gaat slepen & neerzetten, de muisknop ingedrukt houdt en vervolgens sleept, krijgt de cursor een andere vorm. Aan de hand van deze vorm kunt u zien of het object op een doelobject staat dat geschikt is voor deze slepen & neerzetten-actie. Als u de muisknop weer loslaat, worden afhankelijk van het bron- en doelprogramma de gegevens die met de bron zijn verbonden naar het doel gekopieerd of verplaatst, of er wordt daar een koppeling gemaakt.
Bij het slepen & neerzetten binnen het EPLAN-platform wordt, zodra de actie is toegestaan, een extra informatietekst in de statusbalk weergegeven. Daardoor kunt u zien wanneer de actie mogelijk is en welke actie u op dat moment bij het slepen & neerzetten uitvoert (pagina's verplaatsen, functie plaatsen, extern bestand invoegen etc.).
Ook complexere acties zijn mogelijk. U kunt bijvoorbeeld een bestand na het slepen direct weer openen.
Vormen van de cursor
|
Cursor |
Betekenis |
|---|---|
|
|
Niet beschikbaar. |
|
|
Object kan hier worden ingevoegd. |
|
|
Object kan hier worden toegewezen (zie "Functies toewijzen bij slepen & neerzetten"). |
Slepen & neerzetten in EPLAN
Vanuit de Windows Verkenner in de pagina-navigator
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Bewerkbaar project |
Opent het project. |
|
Paginamacro |
Voegt de paginamacro in. |
|
AutoCAD-bestand |
Importeert AutoCAD-gegevens. |
|
Formulier |
Opent het formulier. |
|
Plotkader |
Opent het plotkader. |
|
Symboolbibliotheek |
Opent de symboolselectie. |
|
Contour |
Opent de contour. |
|
Verloop |
Opent het verloop. |
Vanuit de Windows Verkenner in de grafische editor
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Macro |
Voegt de macro in. |
|
DXF / DWG |
Voegt AutoCAD-gegevens in. |
|
Extern document |
Voegt een hyperlink naar het externe document in. |
|
Afbeelding |
Voegt de afbeelding in. |
Vanuit de Windows Verkenner in de pagina-navigator
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Extern bestand |
Voegt het bestand afhankelijk van het bestandstype in. |
Vanuit een Office-programma naar EPLAN
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Excel-cellen |
Voegt de cellen in een EPLAN-tabel in. |
|
Geselecteerde tekst |
Voegt de tekst in een EPLAN-tabel of een invoerveld in. |
Vanuit de boomweergave van de EPLAN pagina-navigator in de Windows Verkenner
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Gemarkeerde pagina's |
Maakt een paginamacro. |
Om een paginamacro te maken, houdt u tijdens het slepen van de pagina de knop [Shift] ingedrukt.
Binnen de boom- / lijstweergave van de EPLAN-pagina-navigator
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Gemarkeerde pagina's |
Verplaatst of kopieer pagina's. |
Om pagina's te kopiëren, houdt u tijdens het slepen de toets [Ctrl] ingedrukt.
Binnen de boomweergave van de EPLAN-layoutruimte-navigator
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Component in de hiërarchiestructuur |
Wijzigen van de hiërarchie. |
Maakt het mogelijk om in een macroproject de hiërarchiestructuur in de layoutruimte-navigator te wijzigen, bijvoorbeeld door een schakelkastdeur in de hiërarchiestructuur niet meer toe te kennen aan de schakelkast maar aan het profielframe verticaal rechts voor.
Vanuit een EPLAN-navigator in de grafische editor
U kunt vanuit de navigators elke functie zo vaak u wilt op een geopende pagina plaatsen. Het maakt daarbij niet uit of deze functie geplaatst of niet geplaatst is of dat het weergavetype verschillend is. Het gegenereerde weergavetype is afhankelijk van het paginatype waarop de functie wordt geplaatst.
Bijzonderheid voor slepen & neerzetten: als de linkermuisknop wordt losgelaten, hangt de functie aan de cursor. Als u de gewenste positie hebt geselecteerd, voegt u de functie in door te klikken.
In de navigators van waaruit u functies kunt plaatsen (bijv. de onderdelen-navigator), is het ook mogelijk om meerdere functies te selecteren en deze vervolgens na elkaar met slepen & neerzetten op een pagina te plaatsen.
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Symboolselectie |
Voegt in. |
|
Onderdelen-navigator |
Plaatst / wijst toe. |
|
PLC-navigator |
Plaatst / wijst toe. |
|
Kabel-navigator |
Plaatst / wijst toe. |
|
Steker-navigator |
Plaatst / wijst toe. |
|
Klemmenstrook-navigator |
Plaatst / wijst toe. |
|
Verbindingen-navigator |
Plaatst / wijst toe. |
|
Potentiaal-navigator |
Geplaatst. |
|
Afbreekpunt-navigator |
Plaatst / wijst toe. |
|
Materiaallijst-navigator |
Voegt in (met artikelgegevens). |
|
Apparatenlijst |
Voegt in (met artikelgegevens) / wijst toe (3D: geplaatst). |
|
2D-schakelkastopbouw-navigator |
Geplaatst. |
|
Pre-planning-navigator |
Geplaatst. |
|
Topologie-navigator |
Geplaatst. |
|
Buisleidingen-navigator |
Geplaatst. |
|
3D-montageopbouw-navigator |
Geplaatst. |
|
Artikelstamgegevens-navigator |
Voegt in (met artikelgegevens) / wijst toe. |
Bijzonderheden bij het plaatsen van functies
Houd er rekening mee dat bij een meervoudige selectie in de boomweergave van een navigator, deze selectie alleen blijft bestaan wanneer u de laatst geselecteerde functie versleept. Als u op een andere functie van het geselecteerde blok klikt, wordt de selectie opgeheven en wordt de nieuwe functie geselecteerd.
Als u in een navigator een ODC hebt geselecteerd en deze via slepen & neerzetten naar een schemapagina hebt verplaatst, worden achtereenvolgens alle functies van dit onderdeel voor het plaatsen aangeboden. Daarbij kunt u met de toets [N] door de functies "bladeren" en de gewenste functies selecteren. Met [Tab] kunt u voor elke functie door de bestaande symboolvarianten "bladeren".
Wanneer u het slepen & neerzetten vanuit de lijstweergave van een navigator wilt uitvoeren, moet u een of meerdere rijen selecteren. De betreffende selectie wordt door een blauw kader aangegeven. Om de geselecteerde functies op een pagina te plaatsen, positioneert u de cursor binnen dit kader en sleept u de betreffende selectie via slepen & neerzetten in de grafische editor.
Functies toewijzen bij het slepen & neerzetten
U kunt bij het uitvoeren van slepen & neerzetten in de onderdelen-navigator (of andere projectgegevens-navigators) bepalen of u de functie wilt plaatsen of toewijzen. Wanneer u de functie wilt toewijzen, drukt u tijdens het slepen op de sneltoets [Ctrl] + [Shift]. Als u daarna de linkermuisknop loslaat, hangt de functiebeschrijving van de geselecteerde functie aan de cursor. Laat nu de toetsen los. Beweeg de cursor op een geschikt schemasymbool en met één klik worden de gegevens van de functie in het schemasymbool overdragen. Het is niet mogelijk om een functie direct met slepen & neerzetten toe te wijzen.
Uit een EPLAN-navigator in een EPLAN-navigator
|
Slepen & neerzetten-bron |
Slepen & neerzetten-doel |
Reactie |
|---|---|---|
|
Artikelstamgegevens-navigator |
Apparatenlijst |
Voegt in. |
|
Artikelstamgegevens-navigator |
Onderdelen-navigator |
Voegt in. |
|
Kabel-navigator |
Steker-navigator |
Voegt in. |
|
Projectoptie-navigator |
Projectoptie-navigator |
Verplaatst. |
|
Pre-planning-navigator |
Pagina-navigator |
Voegt in. |
Vanuit een EPLAN-navigator in het eigenschappendialoogvenster van een onderdeel
U kunt vanuit enkele navigators aan een hoofdfunctie van een onderdeel die in de grafische editor is geplaatst via slepen & neerzetten artikelen toevoegen, door het gewenste artikel naar het schemasymbool te slepen en tijdens het slepen de sneltoets [Ctrl] + [Shift] in te drukken. Laat na het indrukken van de sneltoets eerst de muisknop los en daarna de toetsen. Op deze wijze kunt u een artikelselectie door middel van slepen & neerzetten uitvoeren.
Als het onderdeel al over één of meerdere artikelen beschikt, wordt gevraagd of de bestaande artikelen moeten worden vervangen of aangevuld.
|
Slepen & neerzetten-bron |
Reactie |
|---|---|
|
Artikelstamgegevens-navigator |
Voegt een artikel in. |
|
Apparatenlijst |
Voegt een artikel in. |
Zie ook