Als onder Windows dezelfde pagina op verschillende printers wordt afgedrukt, kan dit tot verschillende resultaten leiden. Dit komt omdat printerdrivers elementen op verschillende manieren kunnen interpreteren. Zo heeft elke printer zijn eigen lettertypen, wat leidt tot verschillende afdrukresultaten. Bovendien heeft elk printertype verschillende afdrukmarges, zodat verschillende positioneringen op de pagina kunnen ontstaan.
Elektrotechnische documentatie wordt vaak op DIN A4 afgedrukt terwijl er een DIN A3 plotkader wordt gebruikt. Dit leidt tot problemen bij het inbinden of ordenen van pagina's, omdat de gaatjes in het plotkader zich op een andere plaats bevinden. Een ander probleem bij het verkeerd inbinden of ordenen is dat de klemmenaansluitlijst (uitlijning "links naar rechts") op zijn kop staat.
Afdrukinstellingen
U kunt in EPLAN verschillende instellingen voor het afdrukken definiëren om de uitvoer van projectpagina's aan te passen. Zo kunnen bijvoorbeeld het afdrukformaat, de afdrukmarges en de positionering op de pagina worden gedefinieerd.
In het afdrukvoorbeeld kunt u de effecten van uw instellingen controleren voordat u gaat afdrukken. Daarbij wordt het gekozen paginaformaat, het mogelijke afdrukbereik en ook de positionering op de pagina weergegeven.
Omgekeerde afdrukvolgorde
Elektrotechnische documenten kunnen vele honderden pagina's omvatten en moeten voor een deel meerdere keren worden afgedrukt (dit vindt normaal gesproken in de nacht plaats). Niet elke printer kan in zijn normale configuratie honderden pagina's verwerken. Sommige printers hebben bijvoorbeeld een tweede papier feeder die de pagina's naar achteren uitvoert, waarbij de pagina's niet worden gedraaid. Een omgekeerde afdrukvolgorde wordt niet standaard door alle printerfabrikanten ondersteund. Daarom biedt EPLAN een omgekeerde afdrukvolgorde aan.
Schaal
Onafhankelijk van het papierformaat wordt de schaal van de pagina's bepaald door het pagina-uitvoerformaat van de printer. Daarbij kan naar keuze de hoogte-breedteverhouding behouden blijven of de volledige pagina worden bedrukt.
De verschaling kan ook worden uitgeschakeld om pagina's schaalgetrouw uit te voeren. Dit is vaak belangrijk voor grafische pagina's en montagetekeningen.
Kleur- en zwart-wit-afdruk
In de afdrukinstellingen (Bestand > Afdrukken > knop [Instellingen]) kunt u tussen zwart-wit-afdruk en kleurafdruk schakelen. Standaard is de optie Zwart-wit afdrukken ingeschakeld. In dat geval worden op een kleurenprinter alle elementen (uitgezonderd ingevoegde afbeeldingsbestanden) in het zwart met een witte achtergrond afgedrukt. Afbeeldingsbestanden worden altijd in de oorspronkelijke kleuren uitgevoerd. Deze worden alleen in grijstinten afgedrukt als de printerdriver van de kleurenprinter op zwart-wit is ingesteld, of als u een zwart-wit-printer gebruikt.
Als u omschakelt naar afdrukken in kleur, worden alle elementen afgedrukt in de kleuren die overeenstemmen met het kleurenschema "Kleur op wit" (ook als u voor de beeldschermweergave een ander kleurenschema hebt ingesteld).
Opmerking:
Als het selectievakje Zwart-wit afdrukken is uitgeschakeld en het project op een zwart-wit-printer wordt uitgevoerd, wordt alle kleurinformatie door de printer in grijstinten omgezet. Dit kan ertoe leiden dat bijvoorbeeld een gele lijn als een licht gestippelde lijn wordt afgedrukt.
Externe documenten
Externe documenten kunnen vanuit EPLAN worden afgedrukt. Daarbij wordt het programma gestart dat aan het externe document is gekoppeld en wordt de printopdracht aan dit programma overgedragen. De afdrukinstellingen zoals de Omgekeerde afdrukvolgorde, Aantal en Sorteren zijn niet van invloed op externe documenten. Bovendien worden geen plotkaders uitgevoerd en worden de paginanummers in het project niet doorgeteld. Externe documenten worden ook niet weergegeven in het afdrukvoorbeeld.
Pagina's van externe documenten worden altijd aan het einde van een document in aparte afdruktaken uitgevoerd. Als er meerdere externe documenten uit meerdere projecten worden afgedrukt, staan deze altijd aan het eind van alle documenten.
Opmerking:
Documenten die via hyperlinks zijn gekoppeld, worden alleen afgedrukt wanneer in de afdrukomvang ook documentatiebijlagen zijn geselecteerd. De betreffende bestanden moeten zich op een lokaal station of in een netwerkstation bevinden dat voor u toegankelijk is.
Zie ook